Productielijn voor gepasteuriseerde melk

Standaard productieprocesstroom

1. Ophalen van rauwe melk: De rauwe melk die naar de fabriek wordt getransporteerd, wordt gemeten met elektronische weegschalen of flowmeters om de hoeveelheid en de kosten nauwkeurig te berekenen.

2. Opslag van rauwe melk: De afgemeten rauwe melk wordt gefilterd via een leidingfilter om onzuiverheden (bijv. vuil, dierenhaar) te verwijderen. Vervolgens wordt de melk gepompt naar een gekoelde tank met een koelcompressor voor opslag bij 2-4°C. Zo blijft de melk vers en wordt de houdbaarheid verlengd.

3. Standaardisatie: Het aanpassen van het vetgehalte in melk zorgt ervoor dat het eindproduct voldoet aan specifieke voedingsnormen of consumentenvoorkeuren. Dit wordt doorgaans bereikt door vet van melk te scheiden en het vervolgens proportioneel terug te voegen aan magere melk.

4. Homogenisatie: Melk ondergaat hogedrukhomogenisatie om grote vetdeeltjes in kleinere te breken, waardoor vet niet kan drijven of zich kan ophopen. Dit proces maakt de melk stabieler, uniformer en verbetert de smaak.

5. Pasteurisatie: Verwarm de melk tot 65°C gedurende 30 minuten of tot 72°C-85°C met behulp van HTST gedurende 15-30 seconden om schadelijke bacteriën te doden en voedingsstoffen te behouden. Koel het vervolgens af tot 4°C om resterende microbiële activiteit te remmen en de houdbaarheid te verlengen.

6. Vullen en verpakken: Na pasteurisatie en koeling wordt de melk direct vanuit de opslagtank naar de vulmachine gepompt voor verpakking. Het kan naadloos worden aangesloten op verschillende soorten verpakkingsmachines.

7. Opslag en transport: De verpakte gepasteuriseerde melk wordt, nadat de kwaliteitscontrole is voltooid, naar een koelopslag gebracht voor bewaring bij lage temperaturen of via de koelketen naar verschillende distributiepunten geleverd.